Juryrapport

De kwaliteit van de inzendingen is opmerkelijk

De NRP Gulden Feniks brengt de meest excellente voorbeelden van renovatie- en transformatie-projecten voor het voetlicht om succesfactoren en leerpunten van deze projecten over te dragen. De prijs heeft dan ook als motto ‘een prijs om van te leren’. Daarmee is NRP Gulden Feniks dé prijs ter bevordering van en inspiratie voor duurzaam gebruik van de bestaande omgeving.

Dilemma's

De editie van de NRP Gulden Feniks 2021 was zo mogelijk nog uitzonderlijker dan die van vorig jaar. In 2020 brak de COVID-19 pandemie uit in Nederland, maar de projecten die werden ingezonden waren reeds in 2019 opgeleverd. De projecten die dit jaar konden meedingen naar de prestigieuze, nationale renovatie- en transformatieprijs moesten in 2020 zijn opgeleverd, in een jaar waarin thuiswerken de norm is geweest. Het zal voor de initiatiefnemers, opdrachtgevers, ontwerpers en andere betrokkenen niet altijd eenvoudig zijn geweest om de projecten, vaak op digitale afstand van elkaar, tot een goed einde te brengen. De jury vindt het niet alleen prijzenswaardig dat de inzenders hierin zijn geslaagd, ook de kwaliteit van de inzendingen is opmerkelijk. Er zijn veel mooie projecten gerealiseerd. De jury is de inzenders zeer erkentelijk. Door hun inspanningen kan NRP de nodige stimulerende kwaliteiten bij renovatie en transformatie ook nu weer in de etalage zetten.

Vanaf dit jaar is de jury versterkt met Bess Blomjous. De jury heeft, ook met de projectbezoeken, opnieuw tussen de coronamaatregelen door kunnen laveren waardoor wederom een volwaardige editie van de prijs heeft kunnen plaatsvinden. Vorig jaar vroeg zij zich, mede onder de indruk van de vervreemdende leegheid van onder meer grote publieke gebouwen die zij bezocht, af of zij door de pandemie voortaan anders naar de projecten zou kijken. Of dit al dan niet gebeurd is bij de keuze voor de projecten van dit jaar, is niet vast te stellen; bovendien zijn we inmiddels gewend aan min of meer beperkende maatregelen. Wel constateerde de jury dat de NRP Gulden Feniks 2021 wordt gekenmerkt door vele dilemma’s. Dat komt onder meer tot uitdrukking in de twee wild cards waartoe zij, in verruiming op de kaders van de prijs, heeft besloten. 

De jury memoreert hierbij graag nog de integraliteit van de NRP Gulden Feniks, die tot uitdrukking komt in de criteria waarmee de ingezonden projecten worden beoordeeld. Haar opdracht is om projecten te onderscheiden die vele dimensies in zich verenigen, zoals technische verduurzaming, intelligente omgang met monumenten, bestendig gebruik, slimme financiering en versterking van de leefbaarheid van een gebied. Het opdrachtgeverschap en de betrokkenheid van partijen blijkt altijd essentieel te zijn voor een bijzonder resultaat. Uiteindelijk wordt gezocht naar de meest innovatieve, vindingrijke oplossingen waaruit ‘sublimatie’ spreekt: versterking van (mogelijk verborgen) kwaliteiten van bestaande gebouwen en gebieden die een culturele, architectonische voorbeeldwaarde voor toekomstige opgaven kunnen hebben. Daarbij wordt de maatschappelijke waarde die zij vertegenwoordigen of genereren steeds belangrijker. De jury heeft haar selectie zorgvuldig gemaakt en hoopt hiermee verder bij te dragen aan de totstandkoming van nieuwe, belangwekkende ontwikkelingen op het gebied van renovatie en transformatie.

De oogst

Voor de NRP Gulden Feniks 2021 zijn 54 projecten (in 2020: 70) beoordeeld: 10 in de categorie renovatie (in 2020: 26), 34 in categorie transformatie en 10 in de categorie gebiedstransformatie. In deze beide categorieën was het aantal even hoog als in 2020; het lagere aantal van 16 inzendingen heeft geheel betrekking op de categorie renovatie. Dit jaar heeft de jury in drie gevallen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om af te wijken van de door de inzenders aangegeven voorkeur voor beoordeling in één van de drie categorieën. Procedureel is de lijn van 2020 ongewijzigd voortgezet; eerdere bijstellingen van reglement en werkwijze zijn in de praktijk goed bevallen.

20% van de projecten was oorspronkelijk in gebruik als kantoor- of bestuursgebouw (in 2020: 27%). 25% had aanvankelijk een industriële of andere bedrijfsfunctie (23%), 13% betrof woongebouwen (9%), 9% was gebouwd voor onderwijs en onderzoek (7%) en 5% betrof voormalige agrarische gebouwen (7%). Het aandeel gebouwen met een oorspronkelijk religieuze functie (6%) was dit jaar gelijk aan vorig jaar. Toen waren er geen getransformeerde militaire gebouwen bij, dit jaar had 7% van de ingediende projecten hierop betrekking.

De indruk ontstond bij de jury dat er meer inzendingen van buiten de Randstand zijn ontvangen dan in eerdere jaren. Dat beeld is verhoudingsgewijs correct voor de editie 2021, maar komt niet zonder meer voort uit grotere belangstelling vanuit de regio. Zo zijn er vorig jaar meer projecten ingediend, en dat waren meer projecten uit met name Amsterdam, Rotterdam en de Brabantse steden. Een verklaring voor de opvallende afname uit grotere steden is niet zomaar te geven of in een COVID-19 context te plaatsen. Vanuit Drenthe en Flevoland zijn wederom geen projecten ingediend; dit jaar zijn er ook geen Zeeuwse projecten bij.

24 van de 54 projecten (44%, in 2020 50%) die de jury heeft beoordeeld zijn te vinden op de waarderingskaarten beschermd stadsgezicht. Daarvan kregen er 33 een Orde 1 waardering: 14 Rijksmonumenten (met op één locatie meerdere gebouwen met een Rijksmonumentale status), 1 gedeeltelijke Rijksmonument, 1 provinciaal monument, 7 gemeentelijke monumenten. 1 project staat op de lijst van UNESCO Werelderfgoed. Maar liefst zeven van de acht projecten die de jury dit jaar heeft genomineerd staan op een van de monumentenlijsten.

In algemene zin merkt de jury op dat er veel is gebeurd, hard wordt gewerkt en vooral beter wordt gewerkt. Dat geldt ook voor de projecten die niet zijn genomineerd. Uit de projecten spreekt gedegen vakmanschap en de stellige indruk blijft dat dit vakmanschap toeneemt. Soms overheerst de aandacht voor vormgeving. Er zijn zeker vernuftige oplossingen bij, maar vernieuwing blijft vaak achter bij een degelijke, keurige aanpak. Werkelijke architectonische of technische innovatie is beperkt. 

Het aandeel transformaties van religieuze gebouwen dat werd ingezonden is verhoudingsgewijs gelijk aan vorig jaar, maar nu nomineerde de jury twee kerken. Deze projecten vormden aanleiding voor het gesprek over de, vaak geringe, waardering voor naoorlogse kerken. Er zijn in het land veel van dit type kerkgebouwen die nog getransformeerd moeten worden. Ze beschikken vaak over bijzondere ruimtelijke kwaliteiten, maar die worden nog niet altijd herkend.

Vorig jaar bracht de jury naar voren dat er helaas weinig projecten waren ingediend die betrekking hebben op verbetering, verduurzaming en het eigentijds maken van duizenden (leegstaande) gebouwen, waaronder volkshuisvestingscomplexen. Ook dit jaar zijn er opvallend weinig van dat soort projecten ingediend.

Het transformeren van winkelstraten wordt wellicht een nieuwe, grote opgave. Hoewel slechts een enkele inzending hierop betrekking had, is de jury zich ervan bewust dat winkelleegstand en winkelstraten uit de jaren 60, 70 en 80 opgaven zijn met ook een belangrijke sociale component.

Opdrachtgeverschap

Het opdrachtgeverschap, zo komt telkens weer naar voren, is essentieel voor de integrale kwaliteit van renovatie- en transformatieprojecten. Er waren dit jaar opvallend veel vrouwen in the lead. Ook de vele verschillende vormen van opdrachtgeverschap waren opmerkelijk. Steeds vaker is sprake van bottom up initiatieven, van bevlogen mensen die samen met anderen de hefboom in gang zetten en waarbij iedereen deelgenoot wordt van een mooi resultaat. Persoonlijke verbintenis geeft veel kwaliteit en de betrokkenheid zorgt voor slimme oplossingen. Daardoor is ook vaak iets gered wat anders wellicht zou zijn verdwenen. Bijzondere projecten hebben vaak een persoonlijke drijvende kracht; corporate opdrachtgeverschap heeft op dit punt vaak een achterstand. In een aantal gevallen zijn unieke combinaties van betrokkenen, zoals bij het ESP Lab in Delft of het Fort van Hoofddorp, van grote betekenis voor een bijzonder resultaat.

Vorig jaar constateerde de jury nog dat dat bij de meest interessante projecten sprake was van goede samenwerking met de gemeenten. Dit jaar is de jury kritischer. Zij heeft slechts een enkel project genomineerd waarbij sprake is van publiek opdrachtgeverschap. Wel constateert zij bij enkele particuliere initiatieven dat gemeenten het belang daarvan onderkennen en meewerken om het project mogelijk te maken.

Met name in stedelijke gebiedsontwikkelingsprojecten is de rol van de opdrachtgever belangrijk. Daar heeft de jury soms een betrokken overheid gemist. Zij ziet het als een taak van gemeenten om vanuit een visie te zorgen dat de ontwikkeling geen onderdeel wordt van politiek spel of marktsentiment. De afwezigheid van gemeenten in een regierol bij ruimtelijke ontwikkelingen leidt bovendien tot grotere risico’s voor marktpartijen met als gevolg minder vernieuwende ruimtelijke concepten.

Er is voor lokale overheden tegenwoordig veel aan gelegen om te investeren in collectieve gebieden. Men ziet dat dat nodig is nu de ruimte schaarser wordt. De aandacht voor grote maatschappelijke gebouwen die een marktplaats kunnen vormen in het activeren van een gebied gaat niet altijd goed. Opvallend was dat soms hele gebieden worden geactiveerd door participatie. De vraag is dan, hoeveel vrije ruimte moet overblijven om te kunnen blijven participeren. Als een project af is en er niets meer te participeren valt, is de participatie niet gelukt.

Duurzaamheid

Opvallend is dat bij een aantal projecten duurzaamheid kennelijk zo vanzelfsprekend wordt gevonden dat dit niet (meer) als zodanig wordt vermeld in de inzendingen. De standaard is hoog geworden en het vakmanschap zit in de techniek. Daardoor is duurzaamheid soms moeilijk te herkennen en te beoordelen.

De laatste drie jaar lijkt het begrip duurzaamheid niet meer vooral een technische, maar steeds vaker een sociale of zelfs een emotionele invulling te krijgen. In de discussie van de jury vallen meermaals termen zoals trots en passie. Als een plan met liefde opgepakt wordt, dan groeit dat vanzelf, is telkens weer de ervaring van de jury. Naar voren wordt gebracht dat zij het moet aandurven om niet alleen te rationaliseren maar ook het gevoel in projecten te zoeken en serieus te nemen. Dat herkent de jury steeds opnieuw bij ‘gebouwen die mensen meenemen’. De betrokkenen zijn blij dat zij zich daarmee bezig kunnen houden en zijn enthousiast voor hun eigen project. Het streven om anderen, via participatie of op een andere manier, deelgenoot te maken van het succes van een project is terug te zien in het resultaat. Zoals een van de juryleden dit formuleerde: ‘duurzaamheid is ook de plek waar je altijd van blijft houden’. Daarin schuilt vaak de sublimatie.

Wild Cards

De jury wordt jaarlijks geconfronteerd met volstrekt onvergelijkbare projecten. Dit jaar vond zij het bijzonder moeilijk om keuzen te maken. Van een aantal gebouwen die herwaardering ondervinden is er soms slechts een enkele in zijn soort waardoor van voorbeeldwerking minder sprake kan zijn. Het gaat dan om bijvoorbeeld creativiteit, betrokkenheid of non-conformistische werkwijzen waardoor sublieme resultaten kunnen worden bereikt. Die riepen soms euforische reacties op bij de jury, maar stelde haar ook voor moeilijke dilemma’s. Voor deze editie van de NRP Gulden Feniks heeft de jury, met instemming van het NRP in afwijking van het reglement, niet voor één maar voor twee wild cards gekozen. Daarmee vestigt zij graag de aandacht op twee prijzenswaardige projecten, die beiden een maatschappelijke trend vertegenwoordigen: het ESP Lab voor de hoogtechnologische omgeving waarin we leven en Buitenplaats Ockenburgh voor de samenleving waarin we meer samen moeten doen.

Juryleden

Bevlogen deskundigen

De beoordeling van de inzendingen voor NRP Gulden Feniks 2020 was in handen van deze zorgvuldig en breed samengestelde jury.

Geurt van Randeraat (juryvoorzitter)
Oprichter en directeur SITE urban development

Harry Abels
Architect-directeur Abels & Partners Architecten

Thijs Asselbergs
Architect-oprichter/ hoogleraar
Thijs Asselbergs Architectuurcentrale/ tu delft

Jack Hock
Programmamanager Strijp-S van Stichting Trudo

Marlon Huysmans
Eigenaar Fabuleux Destin

Jaap Wiedenhoff
Partner en senior adviseur ABT

Dirk Baalman
Bouwkundige en architectuurhistoricus

Bess Blomjous
Eigenaar Studio BESS

Cilly Jansen (secretaris)
Directeur Architectuur Lokaal

M.m.v.

Margot de Jager
Projectmedewerker Architectuur Lokaal

NRP Gulden Feniks is dé prijs ter bevordering van en inspiratie voor duurzaam gebruik van de bestaande omgeving.

De onafhankelijke stichting NRP reikt NRP Gulden Feniks ieder jaar uit aan de beste renovatie- en (gebieds)transformatieprojecten van Nederland.

Website NRP Gulden Feniks

Redactie en samenstelling
NRP
Architectuur Lokaal

Fotografie
Christiaan Krouwels
eigen fotografie inzenders

NRP Gulden Feniks 2021 is een uitgave van NRP.

Title

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam, quis nostrud exercitation ullamco laboris nisi ut aliquip ex ea commodo consequat.